Ik kan het best zelf in het Duits schrijven, dan “snappen ze in ieder geval wat ik bedoel”. Deze uitspraak heb ik vaak gehoord. Ze begrijpen het, neem ik aan, in de meeste gevallen zeker wel. Maar als je klanten wilt winnen of een goede zakenrelatie met Duitse bedrijven wilt opbouwen raad ik dit af.
Taal is een spiegel van de identiteitsbeleving van een land en zijn cultuur. Het is een feit dat het karakter van een volk zich verraadt door de taal.
Ik zal een Nederlands voorbeeld schetsen:
Als (piep)klein land(je) lijkt Nederland zich een beetje ondergeschikt te maken aan andere talen of landen. Dat klinkt wellicht een beetje cru, maar ook dat hoorde ik al die jaren regelmatig: we zijn maar een klein landje! Dit identiteitsbesef is dan ook duidelijk in de Nederlandse taal terug te vinden.
“Nietjes, printjes, rapportjes en leuke collegaatjes, die al die telefoontjes beantwoorden vanuit de moderne kantoortjes in het nieuwe bedrijfspandje… Ogenblikje, ze is over een minuutje bij u.”
Nederlanders gebruiken een opvallende hoeveelheid woorden in de verkleinende vorm, ook zakelijk. Geloof me, dat klonk mij lange tijd heel vreemd in de (Duitse) oren.
Terug naar het onderwerp: In Nederland vindt men het prachtig als anderen proberen Nederlands te spreken, ondanks dat men als vanzelfsprekend in het Duits terug praat (daar schoot ik toen niet erg veel mee op want die taal beheerste ik al). Vanuit dit perspectief is het vrij logisch dat men meent dat “proberen” zeker ook elders gewaardeerd zal worden. Maar is dat echt zo?
Bij onze oosterburen staat wederzijds respect heel hoog in het vaandel. En de welbekende “Gründlichkeit” zorgt ervoor dat de Duitser iets dat slechts half goed is gevoelsmatig ervaart als onprofessioneel of zelfs als respectloosheid naar een ander toe. Zodoende beweeg je je met geschreven taal zakelijk gezien vrij snel op dun ijs.
“Onprofessionele”, foutieve promotionele teksten wekken bij onze oosterburen al gauw de indruk dat ze niet serieus genomen worden. En daar zit de gemiste zakelijke kans want als je Duitse klanten eenmaal voor je hebt kunnen winnen zijn ze heel trouw. Neem de moeite en schakel een native in, dat voorkomt onaangename verrassingen en verhoogt de samenwerking enorm.
Ga je dus echt zelf in het Duits schrijven? Ben je er dan van bewust dat elke fout je dichterbij een onvergefelijke zakelijke vergissing kan brengen.
Heb je zelf een leuk verhaal over miscommunicatie? Of wil je graag reageren op deze blog? Deel je mening door hieronder een commentaar te plaatsen.
Heel herkenbaar Nina! De ’tjes’ vliegen om de oren hier. Zelf zat ik laatst met een klant en ik vertelde dat ik er een ‘klantje’ bij had. Ik corrigeerde dat direct want degene waar ik mee aan het werken was was ook een klant.
De andere kant is dat we ons talen eigen hebben gemaakt. Toen ik als soldaat in Screbrenica zat waren de Nederlanders de ‘verbindelaars’ oftewel wij waren door heel Bosnië heen de communicators en daar zijn we als Nederlanders goed in.
groeten, Hugo
Hallo Hugo,
absoluut waar, in de rol van de bemiddelaars ofwel verbindelaars zijn Nederlanders heel sterk.
Vreemd, dat klantje wel gezegd wordt maar nooit “opdrachtgevertje” 🙂 Ook ik ben inderdaad liever een klant!
Groeten,
Nina
Wat verhelderd. Ik was laatst in Duitsland en deed enorm mijn best om Duits te praten (ok het ging niet altijd even best af). Maar inderdaad geen hulp, geen glimlach van ‘wat goed dat je het probeert ga door’. Alleen een verbijsterende en onbegrijpende blik. mmm. Had ik gewoon in het Engels moeten beginnen?? (Wat ik prima beheers)
In zakelijke relaties is het zo, dat alle communicatieve uitingen van je bedrijf, door de (potentiële) klant worden waargenomen en gewaardeerd als zijnde een stukje informatie, dat de totale kwaliteitsbeleving mede bepaalt. De “harde” kern is natuurlijk het product of de dienst die wordt verkocht. Maar daar omheen spelen veel minder harde zaken eveneens een rol, zoals verpakking, website, brochure, briefpapier, schriftelijk en mondeling taalgebruik, uiterlijke verzorging en gedrag personeel, alert reageren, deadlines handhaven. In de regel is de ambitie aanwezig het goed te doen en wordt er veel moeite gedaan om het goed te doen. Dan is het wel heel klungelig om een goede reputatie in de waagschaal te stellen door bewust het risico op taalfouten in je schriftelijke uitingen aan te willen gaan, terwijl het zo gemakkelijk uit te sluiten valt.
Maar ik kan niet uitsluiten dat dit in Nederland in brede kring een verouderde visie is. Het gebeurt nog maar zelden dat ik een foutloze tekst onder ogen krijg, een direct gevolg van de achteruitgang van het taalonderwijs op de basisschool. Het wordt geaccepteerd en verdedigd met “Ach,je begrijpt toch waar het om gaat en dan is het goed genoeg”.
Het lijkt me goed voorstelbaar dat men ervan uitgaat dat deze op gemakzuchtige tolerantie en armetierige onwetendheid gebaseerde trend niet slechts een nederlands, maar ook een duits, europees en zelfs universeel fenomeen is. Geheel parallel aan het idee, dat een oude spijkerbroek en sneakers bij iedere gelegenheid en in ieder gezelschap goed genoeg zijn. Quod non.
Beste Henk,
dankjewel voor je uitgebreid commentaar. Over het onderwijs kan ik helaas niet meepraten, hier ontbreekt me kennis van het Nederlandse onderwijssysteem.
Bij het bestuderen van de ontwikkelingsgeschiedenis van talen en taalfamilies is onder meer vast te stellen, dat taal altijd al onderhevig is geweest aan vereenvoudigingsprocessen. Zo werden bijv. in de afgelopen 180 jaar in Nederland vier spelling reformen doorgevoerd (1934, 1947,1996 en 2006), in Duitsland twee (1901 en 1996). Vaak had dit te maken met de historie van het volk (volksverhuizing, bezetting, etc.).
Bij mij rijst dan ook de vraag, of dat wat jij beschrijft een fenomeen van de huidige internationalisering van het individu is, het nieuwe social media gebruik en de opkomst van afkortingen, auto-correct hulpmiddelen, stenoachtige communicatie, enzovoorts? Ook dat is een maatschappelijk culturele ontwikkeling, die zeker invloed heeft op onze taalvaardigheden.
Zoals bijv. in de techniek lijkt ook taal in een stroomversnelling te komen v.w.b. vereenvoudigingsprocessen. In de ene taal wellicht wat sneller, dan de andere.
Onlangs viel me op dat mijn schoolcollega’s uit India ineens Hindi in Romeinse letters gingen schrijven. Ik vroeg aan ze, hoe zij nu eigenlijk weten hoe dat nou precies geschreven moet worden was het antwoord: ach, als het maar fonetisch ergens op lijkt en dus begrepen kan worden, is het goed. Wel, ineens kon ik meeschrijven… ahb keesse he?
Wellicht heb je dus gelijk als je zegt dat taal op internationaal niveau zijn grenzen aan het verleggen is.
Mijn voorstel zou dan eerder zijn, laat ons allemaal gewoon fatsoenlijk Engels leren.
Ik kan wat je schrijft alleen beamen. Zoals jij ben ik ook vanuit Duitsland naar Nederland gekomen. In die tijd was ik nog werkzaam als freelance vertaalster. En ja, al lijken Duits en Nederlands qua woordenschat en zelfs qua zinsbouw erg op elkaar, het werd me al heel snel duidelijk dat de beelden en gevoelens die door een bepaald woord opgeroepen worden, in de twee talen behoorlijk van elkaar kunnen verschillen. Dat vond ik in het eerste jaar hier wel behoorlijk verwarrend.
Dus, laat het verwoorden van informatie die gevoelens op moet roepen aan natives over (vooral marketing dus), anders heb je voor je het weet het tegendeel gezegd van wat je eigenlijk wilde communiceren.
Eens Laura, het gaat in de marketingcommunicatie inderdaad vooral over het opwekken van gevoelens zoals bijv. vertrouwen en begrip. Waar staat een bedrijf voor, hoe wil men gezien en ervaren worden.
Voordat je als Duitse de Nederlandse taal onder de knie krijgt ga je alvorens uiteraard ook eerst 100.000 keer de mist in. Althans ik. Soms enorm hilarisch, maar soms ook beschamend of vervelend. Je moet in de landen vele jaren gewoond hebben voordat er sprake kan zijn van cultureel begrip en Fingerspitzengefühl.
Met dat besef leef ik in dit land en leer soms nog elke dag.
Grappig, een tijdje terug (nov 12) was ik in Berlijn en München voor de representatie van mijn Peruaanse Pisco en heb daar heel erg mijn best moeten doen mijn Duits te oefenen en te spreken. Spreken is misschien wel anders dan schrijven, maar ik ben wel van de overtuiging dat `je best doen´ ook al is het verNederlands Duits best goed gewaardeerd werd. Ik zou e-mails ook zo benaderen, vanuit een informelere hoek. Bij formele stukken zeg ik inderdaad gebruik daar de juiste taal! (overigens was ik in Berlijn en München wel enorm Engels, Spaans en Duits door elkaar aan het mixen soms, doordat die 3 talen in de presentatie tot uiting kwamen – een fijn gevecht)
Duits praten wordt zeker heel erg gewaardeerd. Dat heeft idd een hele andere waarde dan het geschreven woord.
Bedankt voor je leuk ervaringsbericht. Ik zie de meertalige situatie helemaal voor me. Het taalgeheugen is een zeer complex gebied van je brein.
Ik heb wel een inspirerende en korte toelichting over je situatie, gelezen in het boek “Het bewustzijnsmechanisme ontdekt” van Albert Jarsin.
Citaat: “dat zowel door zintuiglijke als indirecte door zintuigen opgewekte beelden en gedachten, door aansporing van de motorische cortex en/of hypothalamus, handelingen of spraak tot gevolg kunnen hebben.”
Ik laat de rest aan jouw fantasie over, maar om nou met gesloten ogen en niet denkend je product te presenteren is natuurlijk ook niet echt een goede tip van mij. Focus is wellicht het toverwoord.
Ik heb gelijk de link van dit artikel even gemaild naar een goede vriendin van me. Zij schrijft veel in het Duits, dus ze zal dit met plezier lezen en beamen!
Dankjewel Maurice, leuk dat je haar dit doorstuurde.
Boeiend, ik had inderdaad zoiets van ‘ze waarderen mijn poging vast’. Al zou ik mijn pogingen zeker beperken tot spreken en schrijven aan een native overlaten.
Ik heb een docent Duits gehad die op treffende wijze steeds onze kromme zinnen en Nederlandse uitspraak in het Duits hoorbaar maakte door steevast te antwoorden met: “ja, ja, Deuts is ein gemachlicher sprache, das kan man selb machen.”
Is me altijd bijgebleven, waardoor ik m’n beperkingen ken.
Groetjes, Peter
Leuk, dat sommige zinnen je voor altijd bij blijven 🙂 Goede docent. Mijn overtuiging is dat je een taal nooit onder de knie kunt krijgen zoals van een native. Dat geldt uiteraard ook voor mijn Nederlands en daar ben ik me heel goed van bewust.